Gedichten

pietertje,
Kleine pietertje ziet de dingen niet zoals wij dat zien.
Want pietertje is nog erg klein. pietertje is nog maar 10.

Pietertje beleefd de dag anders zoals wij die beleven. Wij negeren dingen die we niet willen zien in dit hele saaie leven.

pietertje ziet een zwevende wesp van de ene mooie bloem naar de andere gaan. Terwijl wij rotbeesten roepen en ze zonder nadenken doodslaan.

Pietertje is het er niet mee eens. Maar pietertje mag zich er niet mee bemoeien. Want pietertje is nog erig klein. En het zou ons toch niks boeien.

Pietertje geniet van de schaduw. Evenveel als de zon. Terwijl wij lopen te klagen omdat de zon steeds maar niet komt.

Pietertje is het er niet mee eens. Maar pietertje mag zich er niet mee bemoeien. Want pietertje is nog erig klein. en het zou ons toch niks boeien.

Pietertje ziet dan een kat. in de boom op een tak. pietertje ziet de angst in de kat zijn oogjes en zag dat de tak brak.

Snel rukt pietertje zich los van zijn oudste zus. En rent naar het diertje toe. Het diertje heeft veel pijn is uitgeput en moe.

Maar pietertje is het er niet mee eens. Maar mag zich er niet mee bemoeien. Want pietertje is nog Erig klein. Het zou ons toch niks boeien.

Toch ontfermt Pietertje zich over de kat, hij tilt het diertje op, dan legt hij hem in zijn armen. En aait hem over zijn kop.

Het katje begint al bij te komen. En begint dan te rennen. pietertje vond het fijn om dit diertje te leren kennen.

Als pietertje terug gaat naar zijn zus krijgt hij op zijn kop. zijn zus wil hem een tik geven. Maar dan roept iemand stop.

Pietertje ziet naast zijn been. het lieve katje staan. Hij aait het diertje op de grond en dan valt er een traan.

Pietertje kijkt omhoog. En ziet een oude vrouw. Ohw kleine jongen, god wat ben jij lief. jij bent het leven trouw.

De oude vrouw lacht en geeft pietertje een zoen. Die kat is mijn alles. en weg was die toen.

Dagen heb ik gehuild omdat hij Savonds niet terug kwam. Het diertje was altijd zo lief mijn man maakte hem vroeger tam.

Maar nu mag jij hem hebben. Ik heb niet zo lang meer. hij is in goede handen. zo wil ik het en de heer.

Pietertje is het er wel mee eens. En mag zich er eindelijk mee bemoeien. Pietertje wil de kat graag houden. En dan ziet hij iedereen boeien. Opeens kan het iedereen boeien. kleine ach kleine pietertje